ADR-Vlaanderen

Verenigt mensen met een hart voor Roemenië

ADR nieuws

Fietsinleefreis 2025 – Karpaten – Dag 3

Karpaten 25 Dag 3 - 0

Woensdag 2 juli 2025.

Ontbijt (zoals elke dag) om 8 u, deze keer niet in buffetvorm maar aan tafel opgediend op borden. Voor iedereen een potje yoghurt, een grote versgebakken croissant, een bord met: 3 kerstomaatjes, komkommer, 2 plakjes van een soort ham, 2 dikke plakjes kaas, een omeletje. Een mandje met dikke sneden wit brood en een bordje met porties boter en confituur. En koffie of thee naar wens.
En dat het smaakte!
Daarna omkleden, gele ADR-truitjes aan, en kamers leegmaken. Frans gaat de volgwagen halen, die kon niet bij het hotel parkeren. De bagage wordt ingeladen, en iedereen haalt zijn fiets; bidons worden gevuld, en we maken nog een groepsfoto voor het hotel. Net als we willen vertrekken ziet Hilde nog een rugzakje staan in de hal van het hotel. En er staat er nog eentje achter het hoekje. Oef, juist op tijd gezien.
Fietsend begeleider Jef voelt zich niet helemaal fit en gaat al zeker het eerste deel van de rit in de volgwagen mee.

Na 10 km rijden volgt een schrikmoment: we zijn de koelelementen vergeten in het hotel. We overleggen, in eerste instantie overwegen we om terug te rijden als we in Lapusata zijn, wanneer de groep wordt ontvangen door de burgemeester in het gemeentehuis. Maar dat is dan al een heel eind rijden, zeker 37 km en dan terug, en dat kost te veel tijd en diesel…
We beslissen van bij de groep te blijven, en uit te kijken onderweg naar een (grote) supermarkt om nieuwe koelelementen te kopen.
De ontvangst op het gemeentehuis is meer dan hartelijk, we worden daar echt met open armen onthaald en krijgen versnaperingen en frisdrank aangeboden.
Er worden nog wat foto’s gemaakt, en dan rijden we verder naar het Ouderlingentehuis in Ladesti. Daar kunnen we zelf zien dat er nog veel nood is, we zijn onder de indruk.

In de eerste supermarkt zijn geen koelelementen, en de Roemeense contactpersoon voor ADR, Tanja, wijst ons een grotere supermarkt. Frans en ik gaan daar naartoe, en met de afbeelding van koelelementen op mijn telefoon vraag ik of ze zoiets hebben. De eerste medewerkster zegt direct heel stellig dat ze dat niet hebben, maar we willen ons niet zomaar laten afschepen en vragen het een andere werkneemster. Die gaat meteen met ons naar de juiste gang, en gaat op haar knieën zitten om van het onderste schap koelelementen tevoorschijn te halen! We bedanken haar uitvoering, en nu hebben we dus hopelijk morgen weer koele frisdrank!

De fietsers zijn ondertussen al verder gereden, we halen ze gelukkig snel bij.

Het is bijna half 2 over de dam van de Olt rijden, en dan zijn we al gauw op de plaats van picknick. Daar zijn er belegde broodjes, koffie en water voorzien. De broodjes zijn groot, en rijkelijk belegd, maar wel heel anders dan wij gewoon zijn: met snippers ijsbergsla, snippers witte kool, blokjes gebraden kip, zure augurkenplakjes, ketchup, een soort witte kaas, beetje vergelijkbaar met Philadelphia roomkaas, koude frietjes (!). Vreemde combinatie in onze ogen, maar honger is de beste saus, en maar enkelen kunnen het broodje niet op omdat het zo groot is.

Na de koffie, het is dan 20 voor 3, trekken we terug op pad, ook de volgwagen vertrekt, in het spoor van de groep fietsers.
Na een paar kilometer: “Frans, heb jij betaald?”
“Neen… jij?”
“Dan moeten we terug! Want ik heb ook niet betaald”.
We maken rechtsomkeer, gelukkig is het niet ver, en we verontschuldigen ons uitgebreid, en betalen.

Dan kunnen we terug de baan op, de fietsers inhalen. Maar de camionette maakt precies zo´n raar geluid… Volgens Frans is het niet de motor: hij legt de motor stil, start opnieuw en alles klinkt normaal. Maar als we weer beginnen te rijden horen we het opnieuw… We stoppen weer, en ik stap uit om te kijken of er iets aan de voorkant is dat dit lawaai maakt. Platte band. Ook dat nog. We vloeken allebei eens goed. Dan starten we terug en rijden een paar meter verder een zijstraatje in, want op die drukke baan kunnen we niet blijven staan.

Frans probeert eerst om zelf het wiel te vervangen, maar het lukt niet. We moeten eerst al zoeken waar het reservewiel zich bevindt. Veilig weggestopt onder de wagen dus. Frans trekt nog gauw een donkere broek aan, want net vandaag heeft hij een zomerse lichtgekleurde bermuda aan… Hij legt een deken op de grond en gaat op zijn rug liggen en probeert het wiel los te maken. Lukt niet. Er moet een soort stang in een opening in het chassis, net boven de achterbumper, en dat lukt niet. We vloeken nog eens, kijken in het instructieboekje en op internet, maar wat een gedoe, zo geraken we er niet.

Ik bel dan naar de eigenaar van de verhuurfirma, om te melden dat we platte band hebben, en om te vragen waar we de krik enzo kunnen vinden… (onder de zetel van de chauffeur dus) en hij zegt dat als het niet lukt om het wiel te vervangen, dat we dan Europ Assistance moeten bellen.

We hebben het reservewiel dus wel gevonden (onder de camionette) maar kunnen het niet loskrijgen, want we vinden niet het juiste gereedschap.

Ik bel Europ Assistance. Het is nu 15.40u. Ze helpen ons goed verder: we krijgen via SMS een dossiernummer, en via WhatsApp nemen ze vanuit hun contactcenter in Roemenië contact om meer info te krijgen: foto’s van het voertuig, van de registratie papieren van voertuig, en ze vragen om “share location” doen zodat ze precies weten waar we staan. Verder willen ze weten of we een reservewiel hebben, waar het zit, en of we gesleept moeten worden. Ik maak de gevraagde foto’s, share onze locatie en zeg dat we niet gesleept moeten worden maar of ze aub het wiel willen vervangen. Ze willen ook weten of er lading in de camionette zit, ik maak ook daar een foto van en stuur die door.

Terwijl we wachten op de depanneur, komt een man samen met zijn vrouw van de overkant van de straat naar ons toe, een oudere man lijkt ons, vol goeie bedoelingen die ons zijn hulp aanbiedt. We proberen hem duidelijk te maken dat het erg vriendelijk is van hem, maar dat er hulp op komst is, en na een poosje steken ze de straat weer over en gaan naar huis. Niet voor lang echter, want dan komt hij terug, alleen deze keer maar met in zijn handen 2 glazen bokalen met opgelegde perziken. Neen zeggen is geen optie, en we nemen de potten maar aan. Dan wil de man dat we meegaan naar zijn huis, maar dat gaat eigenlijk niet want we weten niet wanneer de pechdienst komt. Frans gaat dan maar mee (hij verstaat en spreekt een woordje Roemeens), moet de verzameling potten met ingelegde groenten en fruit bewonderen. Even later komen ze terug met nog bokalen: druiven, pruimen, paprika’s… We nemen het aan, en danken de man uitvoerig, ook al hebben we geen idee hoe of met wat we dat wel kunnen eten…

Om 17.27 u krijg ik een sms-je dat de depanneur onderweg is, en dat hij er binnen 20 minuten gaat zijn. En ja, om 17.39u stopt er een grote vrachtwagen waarop desnoods onze wagen kan getakeld worden. De depanneur is een vriendelijk man, maar het eerste wat hij zegt is ” I don´t speak English…”
Met gebarentaal, een woordje Roemeens, een woordje Spaans begrijpen we hem, en hij ons, en dan gebaart hij naar Frans om te helpen een zware krik van het laadgedeelte te gaan halen. Voorzichtig zoekt hij dan het juiste plekje om de krik te plaatsen, en met behulp van zijn hefboom lukt het de camionette op te krikken. En dan gaat het snel: kapotte band eraf, reservewiel erop, vastdraaien… Frans helpt de krik terug naar de vrachtwagen dragen, en we bedanken de depanneur uitvoerig, en geven hem wat cola, en snacks.

Eindelijk kunnen we verder!

We laten de fietsers weten dat we onderweg zijn, en dat het zeker half acht zal zijn voor we aankomen aan het hotel.

Terwijl wij stonden te wachten, zijn de fietsers in hun fietskledij naar de kathedraal gegaan, en hebben de graven gezien waar de vorige koningen begraven liggen.

Om 20 voor 8 zijn we eindelijk bij Hotel Posada. De bagage wordt uitgeladen, en iedereen kan eindelijk gaan douchen.
Maar wat is dat nu weer? Bij het opendraaien van de kraan komt er bruin water uit de kraan… echt vies, roestbruin water.

Als we dit gaan melden aan de receptie is de verklaring dat de kamers in dit gedeelte van het hotel weinig verhuurd worden, en dat er te weinig watercirculatie is… (bedenking: als het hotel zich daarvan bewust is, en ze weten dat er gasten komen, waarom zetten ze dan zelf op voorhand de kranen niet open zodat de gasten dit onsmakelijk tafereel bespaard blijft?)

Het is bijna half 9 als we eindelijk aan tafel kunnen, op het menu:
Gegrilde kaas met een paar stukjes tomaat als voorgerecht, 2 plakjes rundvlees (zag eruit als soepvlees eerlijk gezegd) met erwtjes en worteltjes, en brood. 
Als dessert krijgen we een chocoladegebakje.

Wat een dag…
Een dag om snel te vergeten.
Of om nooit te vergeten?…