ADR-Favicon 512x512

ADR-Vlaanderen

Verenigt mensen met een hart voor Roemenië

Dag 4 – Transfăgărăşan

De Transfăgărăşan. Of de DN7C. De spectaculaire weg dwars over en door het grotendeels ongerepte Făgărăşgebergte in de Karpaten, met bergpas op 2042 meter. Voor 1970 bestond de weg niet. Hier was enkel natuur. Maar Nicolae Ceaușescu was bang voor een Sovjetinvasie. En dus liet hij deze weg aanleggen. 40 arbeiders (het echte aantal ligt waarschijnlijk 10 keer hoger) stierven tijdens de aanleg tussen 1970 en 1974.

Het is vreemd, maar de angst voor een Sovjetinvasie en de geofferde mensenlevens geven fietsers, automobilisten en motorrijders vandaag een verbluffende ervaring.

De DN7C verbindt de regio’s Oltenië en Transsylvanië met elkaar, dwars door het Făgărăşgebergte. Dat gebergte is een reusachtige horizontale bergrug van ongeveer 100 km lang. De toppen van de hele bergrug rijzen meer dan 2000 meter boven de zeespiegel uit. Daar klimmen we naartoe en duiken dan Transsylvanië in.

De weg begint in Curtea de Argeș, in Oltenië. En eindigt in Cârțișoara, in Transsylvanië. Hij is in totaal 120 km lang.

Sinds het BBC-programma Top Gear (zoek op YouTube naar ‘Top Gear Transfăgărașan best road in the world’) is de populariteit van deze weg geëxplodeerd. En dat zien en horen we: de luide motoren van auto’s en motorrijders verstoren danig de serene rust van het hooggebergte.

‘We hadden het mis! Dit is beter dan de Stelvio! Dit de beste weg van de wereld!’, riepen Top Gear-presentators Jeremy Clarkson en James May vanuit hun Aston Martin en Lamborghini. ‘Van bovenaf ziet de weg eruit alsof elke perfecte bocht van alle perfecte Formule 1-circuits in de wereld, aan elkaar werd geplakt tot 1 lang grijs lint van automobiele perfectie.’

‘Beste weg’ zou ik niet zeggen. Daarvoor is het asfalt in te erbarmelijke staat. ‘Mooiste’ misschien wel.

Plaats de Transalpina (die we eerder beklommen) en de Transfăgărașan gerust in het rijtje van Franse en Italiaanse klassiekers als Alpe d’Huez en Stelvio. Moest hier een Grote Ronde passeren, zou de naam Transfăgărăşan ook in de wielersport even legendarisch zijn (volgende week passeer hier de Ronde van Roemenië).

We treffen 10 Roemenen van een wielerclub uit Boekarest bij het binnenrijden van de bossen. Vanaf daar vergezellen ze ons.

De weg gaat meteen omhoog door diepe groene kloven tot aan een stuwmeer.

Op de flanken van dit gebergte liggen de laatste oerbossen van Europa. Het hele ecosysteem is duizenden jaren oud en toch is dit géén beschermd natuurpark (de houtkaplobby is hier oppermachtig). Wetenschappers vonden hier bomen van meer dan 400 jaar oud.

We kunnen er een glimp van opvangen als we in het bos binnenkijken aan de grote watervallen die langs de steile boswanden naar beneden storten.

Maar we mogen onze blik niet te lang van het wegdek afwenden: het is een heus slalomparcours tussen de verschrikkelijke putten in het asfalt.

Beren wagen zich wél steeds meer in de mensenwereld. Ze weten dat toeristen hen soms eten geven. Plots zien we een rij auto’s voor ons vertragen. En daar zit er eentje, een beer, tegen de vangrail. We rijden op een paar meter van het prachtige dier. Om die reden rijden we deze passages door de bossen in groep.

Aan het Vidraru-stuwmeer beginnen 30 grotendeels vlakke kilometers langs de oostkant van het meer, op een klimmetje van 3 km na.

Aan het einde van het stuwmeer verschijnen de kale bergtoppen in de verte. Daar begint de echte beklimming van 23 km. Eerst gaat het 10 km rechtdoor. Dan volgen 14 haarspeldbochten.

Ik klim tot het prachtig gelegen restaurant waar we eten, maar daal eerst terug af naar een haarspeldbocht om mijn vader op te wachten voor een foto. Ik wacht er zeker een half uur…
Na het bescheiden middagmaal (met zicht op een waterval die wel 100 meter diep naar beneden stort) begint het echte werk: 8 km fietsen op een van de mooiste en meest spectaculaire wegen ter wereld.

Ik kom amper aan fietsen toe, zo vaak stop ik voor foto’s. Als ik op zulke unieke plekken met de fiets kom, moet ik het landschap eren door het voor de herinnering en de inspiratie van anderen vast te leggen.

En of dit een unieke plek is. Als je op Google Maps naar het satellietbeeld van het Făgărăşgebergte kijkt, zie je de langgerekte toppen boven 2000 meter. En op dat dak van de Karpaten rijden wij met onze fietsen!

Ik laat de foto’s voor zich spreken (ik bleef deze keer in de buurt van mijn vader om deze unieke momenten hier en nu vast te leggen).

Op de top ligt de langste (887 m) en hoogst gelegen tunnel van Roemenië, de overgang van Walachije naar Transsylvanië. Ik denk dat Vlad Tepes, de bloeddorstige heerser van Walachije in de 15e eeuw (in de populaire cultuur gekend onder de naam Dracula) mij op de valreep van Walachije toch nog te pakken had. Want juist op het einde van de tunnel, bij het binnenkomen van Transsylvanië op de top van de Transfăgărăşan (aan de verre horizon de imposant uitgestrekte Transsylvaanse vlakte) rijd ik hard in een diepe put in de weg. Platte band.

Op de top, te midden van het gekkenhuis van toeristische kraampjes, toeristen, eindeloze passage van auto’s,… vervang ik de band.

En dan begint de 22 km-lange afdaling. Ook niet de beste weg, maar het asfalt is minder gruwelijk dan tijdens de beklimming. De Roemenen in onze groep gaan deze weg (vol putten) morgen ook afdalen. Ronduit gevaarlijk.

Onze afdaling valt goed mee, ook al is het asfalt verre van perfect. Het zicht op de vele haarspeldbochten is wel adembenemend. ‘Beter dan de Stelvio!’ Van helemaal boven lijkt de weg op een klein speelgoedraceparcours. De afdaling was, hoe kan het anders, 22 km non-stop kicken!

Plots staat er een auto stil in het midden van de weg. Ik gebaar dat het gevaarlijk is. Mensen stonden te kijken naar nóg een beer die met voorpoten over de vangrail geleund stonden, als hij aan een toog wacht op een pint. Ik zag hem niet, maar Paul en Ria konden vanuit de volgwagen een foto maken.

‘s Avonds eten we barbecue samen met de 10 Roemenen in een pensionnetje op 600 meter hoogte. Ik spreek met Florin Lupu over de Roemeense politiek, Oekraïne, de ontbrekende fietscultuur in Roemenië, het waanzinnige rijgedrag van vele Roemenen.

We wisselen ervaringen uit over wat fietsen voor ons betekent. ‘Vrijheid’ en ‘onafhankelijkheid’ zijn 2 woorden die Florin vernoemt. 2 woorden die zowel bij ons gesprek over Oekraïne als bij dat over fietsen passen.

Pieter Stockmans

Pieter is politiek journalist. Sinds hij begon te fietsen, voelt hij de journalistieke vibe ook op de tweewieler kriebelen. Weerstaan aan de drang om zijn fietservaringen vast te leggen in woord en beeld is voor hem een onmogelijke opdracht.